De laatste tijd staat krimp stevig op de bestuurlijke agenda. Zeker als je veel in het Noorden en in het basisonderwijs werkt. Er wordt bestuurlijk behoorlijk bewogen. De identiteit is veel minder een obstakel om tot samenwerking te komen dan voorheen. Het huidige type ouder kijkt meer naar het schoolkwaliteit en het schoolklimaat dan alleen de levensbeschouwing. Dit geeft de bestuurders de ruimte om scholen te laten fuseren van verschillende identiteiten. Er ontstaan dan een informele identiteitsrijke samenwerkingsschool, waarbij openbaar en christelijk onderwijs weer nadenken over de kern van de school in de meest brede zin van het woord: levensbeschouwing en onderwijskundige visie. Maar ook bestuurders denken na over het samenwerken van besturen. Daarbij staat voorop een sterke bestuurlijke leiding en toezicht en een kwalitatief sterk en efficient ondersteuningsbureau. Dit kan op verschillende manieren: samenwerken via een overeenkomst, coöperatie en fusie. Meestal houdt dan het lijstje op. Ik wil daar graag één aan toevoegen: de holding. In de holding is de samenwerking niet vrijblijvend, vooral wat betreft de werkzaamheden van bestuur, toezicht en ondersteuning. De oorspronkelijke organisaties vormen de dochters van de holding. Zij behouden grotendeels hun indentiteit, gaan niet op in een fusieorganisatie, maar profiteren wel van de voordelen van georganiseerd samenwerken. Bovendien bepaalt het College van Bestuur op welke terreinen en in welk tempo er wordt samengewerkt in de holding. Een fusie op latere termijn hoeft daarbij niet uitgesloten te zijn. Bij kleinere aantallen leerlingen en dus minder middelen een mogelijkheid kennis en kunde te verenigen, met respect voor de identiteit van de scholen. In Heerenveen en omgeving zijn we bezig dit vorm te geven in het basisonderwijs.